Spouwmuur na-isoleren: de 4 grootste blunders.

4 Punten om goed op te letten:

1. Niet-vorstbestendige gevel na-isoleren

Spouwmuurisolatie is uitgesloten voor niet-vorstbestendige gevels, volgens Snauwaert. “Bepaalde gevelmaterialen kunnen het ontstaan van vorstschade in de hand werken. Denk maar aan mortel op basis van het erg vorstgevoelige zavel (geel zand). Bij een niet-geïsoleerde spouw wordt de gevel van binnenuit opgewarmd en beschermd tegen vorst. Na het isoleren van de spouw verdwijnt deze binnenwarmte en wordt de gevel blootgesteld aan vorst. Het vocht in de zavelmortel kan bevriezen en uitzetten, wat zorgt voor schade aan de gevel.”

Sommige gevelstenen zijn voorzien van een glazuurlaag waardoor de stenen niet kunnen ademen, waarschuwt Hendrik Snauwaert. “Ook hier krijg je een risico op vorstschade als water via de voegen in de gevelsteen dringt. Door de dampdichte glazuurlaag op de stenen, kunnen ze niet snel genoeg uitdrogen en vriezen ze stuk. Hetzelfde geldt voor geschilderde gevels: oudere, dampdichte verf, hindert de gevelsteen om te ademen met vorstschade als gevolg.”

2. Spouw niet inspecteren vooraf

“De spouw moet eerst en vooral breed genoeg zijn om te isoleren”, vertelt Snauwaert. “Bij voorkeur minimum 50 mm. Met sommige materialen is het technisch haalbaar om te isoleren vanaf een spouwbreedte van 35 à 40 mm, maar je krijgt pas een premie van de netbeheerder vanaf 50 mm.”

Luc Schoonjans vult aan: “Tijdens de bouw van de woning en doorheen de jaren kan de spouw vervuild geraken met cementresten, zand en ander afval. Dit merk je vaak op door verkleuring op de muur. Een proefboring tussen de voegen geeft uitsluitsel over de hoeveelheid spouwvervuiling. Dat moet eerst verwijderd worden. Is dit niet mogelijk, dan raden we buitengevelisolatie aan. Bij spouwvervuiling loop je extra risico dat er condens overslaat op de binnenmuur door mortelbruggen en cementbaarden. Deze vormen een koudebrug tussen de gevelsteen en de binnenmuur, met schimmels als gevolg. Een voorafgaande inspectie is cruciaal.”

3. Kwaliteit van de gevel niet controleren

Verweerde gevelstenen, barsten of ontbrekende voegen hebben een grote impact op de beschermende functie van je gevel. “Een gevel die in slechte staat verkeert, houdt het regenwater onvoldoende tegen”, zegt Snauwaert. “Regen en wind dringen door de verschillende openingen in de gevel en belasten de isolatie met een verminderde isolatiewaarde en vochtproblemen als gevolg.”

Ook opstijgend vocht vormt een groot probleem: “Bij opstijgend vocht zuigen de gevelstenen het grondwater op. Een vochtkering in de binnen- en buitenmuur gaat deze werking tegen. Die moet het vocht tegenhouden tot op het niveau van de vloer. Heb je opstijgend vocht? Dan moeten de muren eerst behandeld worden.”

Tot slot moet de gevel voldoende stevig zijn. “Zijn er voldoende spouwankers en zijn ze nog in goede staat? Anders riskeer je dat de gevel loskomt van de woning”, waarschuwt Snauwaert.

4. In zee gaan met niet-gecertificeerde aannemer

Hendrik Snauwaert benadrukt dat alles staat of valt met de goede uitvoering van de werken. “Afhankelijk van het type isolatiemateriaal moet je de werken uitvoeren volgens een bepaalde werkwijze. De spouwmuur moet volledig en voldoende gevuld zijn want het materiaal mag zeker niet inzakken na verloop van tijd.”

Doe ook zeker beroep op een gecertificeerde installateur. De Vlaamse overheid heeft een kwaliteitskader opgezet voor het na-isoleren van spouwmuren. Aannemers met een ATG-certificaat zijn geslaagd voor het toelatingsonderzoek en worden regelmatig gecontroleerd. Klik hier voor een lijst van gecertificeerde aannemers.